Bochten nemen

In een bocht is de zichtbaarheid niet optimaal voor een motorrijder. Maar met een goede kijktechniek en voldoende ervaring kan je elke bocht op een veilige manier nemen.

Vóór de bocht

Kijk ver vooruit naar het verloop van de bocht, maar haal je blik ook terug.
Wacht zo lang mogelijk om de bocht te nemen, zo heb je meer zicht.
Vertraag en schakel eventueel naar een lagere versnelling vóórdat je de bocht ingaat. Let extra op bij bochten waarvan je het einde onvoldoende kunt zien.
Positioneer je zoveel mogelijk aan de linkerkant binnen je rijstrook voor je een bocht naar rechts neemt (voor een bocht naar links, doe je het omgekeerde).
Zo kan je langer in rechte lijn blijven rijden en hou je een beter overzicht over de bocht.
Hou er rekening mee dat tegenliggers soms gedeeltelijk op de verkeerde rijstrook of weghelft rijden, en hou je klaar om in een bocht naar rechts vroeger in te kantelen en in een bocht naar links later in te kantelen.

In de bocht

Verleg bij het begin van de bocht je blik naar het punt waar de bocht eindigt, zodat je weet hoe de bocht loopt. Blijf niet staren naar dit punt, maar haal regelmatig je blik terug. Verleg telkens je blik in functie van je snelheid om een correcte lijn te rijden.
Hou je knieën tegen de brandstoftank. Buig je lichaam, om de motor vanuit je heupen in de juiste richting te sturen en druk aan de binnenkant van de bocht met je voet op de voetsteun.
Let er in een bocht naar links op dat je bovenlichaam niet over de witte doorlopende lijn in het midden van de rijbaan komt.
Vermijd om de gashendel te lossen, terug te schakelen of te ontkoppelen, want dat brengt de stabiliteit van je motor in gevaar.
Moet je toch remmen? Gebruik dan eerst je achterrem. Gebruik je rem niet wanneer je schuin hangt of je motor gekanteld is.
Trek pas op als het einde van de bocht in zicht is.

Hoe anticipeer je op risicovolle situaties? Hoe anticipeer je op risicovolle situaties?

Hoe anticipeer je op risicovolle situaties?

Ontdek het snel